Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [13]Egypte trekt op als een stroom, en [zijn] wateren bewegen zich als de rivieren; en hij zegt: Ik zal optrekken, ik zal de aarde [14]bedekken, ik zal de [15]stad, en die daarin wonen, verderven. 13. Dat is, de Egyptenaars. 14. Met de menigte van mijn krijgsvolk, als met een wolk. 15. Indien men dit duidt op Karchemis, waarvan boven vs.2, zo heeft hij deze stad nog niet ingehad, maar nu gemeend te vermeesteren. Anderen verstaan door de stad, in het algemeen, steden en inwoners; alzo onder hfdst.47 vs.2.